Even wegdromen in het Kyocera stadion
FC Utrecht Vrouwen leeft nog steeds voort, maar dan in gedachten. Deze week is het een jaar geleden dat de Stichting Vrouwenvoetbal Utrecht failliet ging. Op 29 januari 23:59 uur verliep de beroepstermijn. Voetbal Centraal ging op de koffie bij directe betrokkenen. Vandaag deel 3: Nadia van Beerschoten en Franca van de Kuilen.
“Kom meiden, met zijn allen zoeken!” Trainer Marcel Valk van ADO Den Haag Vrouwen speurt het veld af en sjokt met zijn speelsters mee naar de andere kant van het veld. De zoektocht naar een handjevol vermiste voorwerpen is begonnen. Zonder alle ballen mogen de voetbalsters niet gaan douchen. Gelukkig verlichten de felle lampen het imposante Kyocera Stadion, dus hoeven de speelsters niet lang te speuren. Snel huppen ze naar binnen. Het is al kwart over zes, terwijl we kwart voor werden verwacht.
“Sorry hoor”, haast Nadia van Beerschoten zich, terwijl ze met vlugge pasjes de trap beklimt. “We zullen opschieten.” Franca van de Kuilen neemt op datzelfde moment twee traptreden tegelijkertijd. Zij voegt de daad maar direct bij het woord en rept zich naar de kleedkamer. Tien lange minuten later schreeuwt Van Beerschoten vanaf de derde verdieping naar boven. “We zijn hièr!” Toch wel opmerkelijk, want volgens hun ploeggenoten hadden ze al enige tijd geleden de wijk naar de vierde etage genomen.
Elkaar mislopen kan in het stadion makkelijk. Het onderkomen van ADO Den Haag Vrouwen is een stuk groter dan Sportpark Zuilen, waar FC Utrecht Vrouwen trainde. Verstoppen kon je jezelf daar niet, of Van Beerschoten en Van de Kuilen hadden in het rommelhok van Hennie van Laaren moeten kruipen. De materiaalman zette daar met liniaal en pen ruitjes op een a4’tje om een tabel te tekenen. Van een computer moest hij niets hebben. En wee als een speelster een shirt kwam vragen om aan te trekken voor een foto bij het interview. Dat had hij vaak net daarvoor zo bloedig staan vouwen.
Van de Kuilen, nummer 22. De aanvalster plaatst zorgvuldig haar zwarte uittenue met FC Utrecht-logo op de tafel in de businessclub van ADO Den Haag. De wit met roze bal met handtekeningen stopt ze knus tussen haar en Van Beerschoten op de behaaglijke bank. Haar ploeggenote schuift met haar nagel een envelop met foto’s open. “Die van de laatste dag zijn het leukst”, vindt Van Beerschoten. “Hier zitten we in de bus op weg naar Brugge. We waren alleen maar aan het feesten. Ik vind foto’s mooier dan een shirt; dat ligt maar in mijn kast. De broekjes gebruik ik als pyjamabroek. Die zitten vet lekker.”
Ze dromen even weg. Naar de wedstrijden op Sportpark Elinkwijk, de sushi-etentjes en de teambuildingsactiviteit in Doorn, waar ze elkaar beter hebben leren kennen. De Women’s Cup in Ulft, va twee jaar geleden, was een hoogtepunt, meent Van de Kuilen. “De sfeer daar was fantastisch. Wij mochten overal van genieten en doen wat we wilden. Met eten hoefden we geen rekening te houden. Andere teams werden aan afspraken gehouden. De meiden van ADO hebben wel eens tegen ons gezegd dat ze als naar een andere club zouden willen, ze naar FC Utrecht zouden gaan.”
Dat kan nu uiteraard niet meer, want het team is opgeheven. “Ik zou ook niet meer teruggaan, denk ik”, oppert Van Beerschoten. “Het zal nooit meer zo mooi worden als het was. Als ik helemaal gestopt zou zijn met voetbal, zou ik er anders instaan.” “De reisafstand was wel een stuk beter”, lacht Van de Kuilen. “Ik doe er nu veertig minuten langer over. Maar weet je. Je moet verder. We hebben het getroffen met ADO.” Huilen en treuren, doen ze dan ook niet meer. “Snikken is zo suf”, vindt Van Beerschoten. “Ik ben blij dat we hier op hoog niveau kunnen blijven spelen en trainen.”
Maarten de Jong
Eerder geplaatst op Voetbalcentraal.nl op 31 januari 2015
Reactie plaatsen
Reacties