Ben Rietveld, een populaire pinchhitter
Hij is misschien wel de meest populaire reserve van Nederland, Ben Rietveld. Bijna acht jaar in dienst van FC Utrecht, onderbroken door uitstapjes naar De Graafschap en FC Wageningen, wacht Rietveld nog altijd op een basisplaats. Al die jaren geldt de bonkige spits vooral als pinchhitter wiens naam onmiddellijk gescandeerd wordt in Galgenwaard zodra het even wat minder gaat met FC Utrecht. En als er dan gebruik wordt gemaakt van Rietvelds diensten laat hij zijn trainer en collega's nooit in de steek - dan kleunt hij er per definitie, op geheel eigen wijze, tot de laatste snik in. Het unieke verhaal van een ‘eeuwige’ reserve.
Als er over FC Utrecht gediscussieerd wordt door supporters en ik meng me daarin, dan is het meteen ‘hou jij je kop nou maar, want jij kan niet voetballen.’ Tja, dat is een wat harde constatering, maar ergens hebben ze nog gelijk ook. Ik ben natuurlijk geen topper, ik ben niet het toonbeeld van techniek en mij zal je nooit horen roepen dat ik naar Mexico moet. Maar diezelfde mensen roepen wel mijn naam als Utrecht niet draait, dat doet me dan weer goed. Ik heb bovendien al tegen Cruijff gespeeld, tegen Krol, ik heb met Van Hanegem gespeeld en straks sta ik weer tegen Neeskens. Kijk, dat kan niemand me toch afnemen.
Ik ben er al een beetje trots op dat ik met mijn capaciteiten bij de selectie van Utrecht zit. Als iedereen fit is ben ik in principe twaalfde man, normaal gesproken ben ik de eerste die erin moet. Dan schuift de trainer zelfs het elftal voor mij door elkaar, ik heb 'dus mijn waarde voor het team. En als ik dan eens in de basis sta, dan ben ik echt trots op mezelf. Het vervelende is alleen dat het nooit lang duurt. Maar ik zal de strijd om een echte basisplaats nooit opgeven, daar knok ik nou al acht jaar voor. Je kunt ook gaan roepen ‘ze kunnen m'n kloten kussen.’ Maar wat heb je daaraan? In de eerste plaats prijs je dan jezelf uit de markt, ten tweede heeft je club er niks aan en ten derde zet je je verdiensten op het spel. Dus ben ik voor elke wedstrijd voor 100 procent gemotiveerd, als reserve- of basisspeler, dat maakt niks uit.
Ik heb 't wel eens moeilijk gehad hoor, zoals in dat jaar dat FC Utrecht bijna op de fles was, drie jaar terug. Ik verdiende dat jaar echt een grijpstuiver, een minimum contract. Het was m'n enige bron van inkomsten, want ik was werkloos. In die periode was ik bovendien lange tijd geschorst na een akkefietje met grensrechter Klint. Ik voelde me bestolen en die man is kleurling. Dan weet je 't wel, roep je iets in je emotie. Stom en heel vervelend voor die man. Maar goed, in die tijd ging ik na elke wedstrijd meteen naar huis, ik had niet eens geld om 'n biertje te betalen. De spelers kregen dat in de gaten. Hier was het dan ‘hier heb je een halve meier (vijftig gulden).’ Kon je weer even vooruit.
Jongens als De Kruyk, Wouters, Du Chatinier en Kruys, daar kun je op bouwen hoor. Merk je nu ook weer met Gertje Kruys die in de lappenmand zit. Hij wordt dagelijks van huis gehaald en gebracht, iedereen staat voor 'm klaar. Typisch FC Utrecht. Logisch dat zo'n club wat voor je gaat betekenen, voor een paar duizend gulden meer ga ik echt niet naar een andere club. En kijk nou eens naar ons stadion, toch 't mooiste van Nederland? En wat dacht je van de catacomben, dat bubbelbad, die sauna. Dat is ook allemaal 'n beetje van mij. Ik heb dan ook maar weer voor 'n jaar bijgetekend. Qua contract ben ik er 3.500 gulden bruto op achteruit gegaan, maar dat kan ik recht trekken als ik komend seizoen zeventien keer in de basis sta, inclusief de bekerwedstrijden. Dat moet kunnen, vorig jaar heb ik dat aantal ook gehaald. Het is in elk geval weer een nieuwe prikkel om er volgend seizoen de beuk in te gooien.
Er zijn echt wel eens momenten hoor, dat ik me afvraag wat ik hier nog doe. Vooral in dat jaar dat ik niks verdiende... Maar dan kwam die rare schele, Gerard van der Lem, even langs. Dan rommelde je even met 'm en dan kon je er weer een tijdje tegen. Ook door dat soort dingen is deze club echt iets voor me gaan betekenen. Onlangs was ik nog in de slag met DS'79, maar als je die accommodatie daar al ziet... Je zou zo'n enorme stap terug moeten doen ... Als ik hier nou helemaal niks zou verdienen, ja dan zou ik misschien naar DS zijn gegaan. Ik ben ook twee keer weggeweest hoor, eerst bij De Graafschap, later bij Wageningen, maar alleen op uitleenbasis.
Ik had een jaar lang geklooid met m'n blinde darm, de pijn kwam om de twee, drie weken terug. Toen ze eindelijk in de gaten hadden wat er aan de hand was ben ik meteen geopereerd. Vervolgens duurde het erg lang om terug te komen. Ik wilde weer spelen, daarom heb ik Han Berger gevraagd of ik 'n tijdje ergens anders kon spelen. Het werd De Graafschap, voor vijf maanden. Leuke tijd, we wonnen een periode en we promoveerden via het periodekampioenschap. Huipie Ruygrok was daar nog trainer, aardige vent.
Na De Graafschap kon ik plotseling met Joop Wildbret naar Seiko in Hong Kong. Ik kon daar veel verdienen, maar Utrecht vroeg een huursom van 60.000 gulden. Beetje lullig. En toen ik ineens wel weg mocht, was het te laat. Ik ben vervolgens met andere clubs gaan praten, 't werd een jaar Wageningen. Aan de ene kant werd 't een leuk jaar, Nol de Ruiter was er nog trainer, er liepen meer Utrechtse jongens rond, gezellige koppeltjes. Maar qua prestaties was 't niet veel, er was geen geld meer, er kwamen ruzies, de trainer zat op de wip, sommige spelers wilden er zelfs mee stoppen. Beetje amateuristisch allemaal.
Berger haalde me terug naar Utrecht en weer had ik 't idee dat ik een basisplaats moest halen, goedschiks of kwaadschiks maar weer kwam het er niet van. Meestal heb ik er wel begrip voor, als ik er niet in sta, maar soms heb ik er wel eens moeite mee. Zo maakte De Ruiter voor de voorbereiding van dit seizoen z'n nieuwe voorhoede al bekend, hij moest nota bene de hele groep nog inventariseren, hij had hier nog geen ventiel van een bal opgepompt. Ik stond dus weer niet in die voorhoede, dus had ik al een streepje achter bij De Ruiter. Of neem nou het vorige seizoen, toen was FC Utrecht in de voorbereiding net een speeltuin. Wie van buitenaf mee kwam trainen kreeg meteen een contractje, echt. Zo liep Harry van den Ham wat mee te hobbelen, Hughes gaf 'm prompt een contract en Harry kwam er nog in ook. Kijk op zo'n moment loop ik wel even te balen.
Maar ik moet zeggen: meestal krijg ik een behoorlijke uitleg van de trainer als ik er weer eens naast sta, zeker van Hughes en De Ruiter. Met Berger was dat anders. Die zei ‘als je nu je kop niet houdt, dan krijg je een boete.’ En verdomd, ik heb wel eens een boete van hem gehad. Nu houd ik dus meestal m'n kop, als De Ruiter weer eens tekst en uitleg heeft gegeven, ook als ik 't er niet mee eens ben. Dan kan ik wel blijven zeiken, maar dan denkt zo'n trainer al gauw ‘daar heb je hem weer’, met zo'n rotkop. Ik moet trouwens zeggen dat de benadering van De Ruiter me wel aanspreekt. Als je geen durf toont, dan krijg je voor de hele groep geweldig voor je kloten. En terecht, want zo'n speler zit aan het geld van z'n collega's en van z'n trainer.
Mijn stelling is nou eenmaal liever gemeen winnen dan eerlijk verliezen. Tja, wat is nou ‘gemeen’... Pattinama heeft zijn stijl, ik heb de mijne, onze normen zijn toch anders. Pattinama zegt ‘als ik ze even diep in de ogen kijk worden ze al bang.’ Nou, dan zou hij bij mij toch wel een stel hele rare brillen op moeten zetten. Kijk, ik geef ook wel eens een flink elleboogje, maar dat doe ik niet zomaar, daar is altijd wel 't een en ander aan vooraf gegaan. Als jij mij vier keer voor m'n flikker schopt, dan kun je je borst nat maken. Als ik je dan even kan blokken, met alle kracht die ik in me heb, ik zeg maar zo'n doodschop kan even zeer doen, maar voor 't zelfde geld ga je zomaar door je enkel en scheur je je banden.
Op een gegeven moment wonnen we met het tweede met 3-0 van Ajax, ik maakte ze alle drie. Dat was voor Berger aanleiding om me voor het eerst mee te nemen met het eerste, uit tegen Ajax. Piet Hamberg raakte geblesseerd, ik zat te beven omdat ik er misschien in moest. Gelukkig stond Hamberg weer op. Een tijdje daarna ben ik er wel ingekomen, ik weet niet eens meer wanneer. Ik onthoud dat soort dingen nooit. Laatst moest ik nota bene van Jan van de Akker horen dat ik er vorig jaar elf heb gemaakt. Wist ik niet eens. Dit jaar sta ik op vijf goals, maar ik heb er weer geen idee van hoeveel wedstrijden ik dit jaar heb gespeeld. Maar een feit blijft dat ik nog steeds geen vaste plaats heb. In het begin had ik daar helemaal geen probleem mee. Tja, Leo van Veen was m'n directe concurrent en die is natuurlijk wel een beetje beter dan ik.
Maar daarna ... dan was het wel eens moeilijk te accepteren, Ik hoor trainers wel eens zeggen dat ik beter speel als ik inval. Als ze me dan eens een paar keer in de basis zetten zou dat ineens veel minder zijn. Nou, daar ben ik het toevallig niet mee eens. Ais ik weer eens in de basis sta en de ploeg speelt slecht speel ik zeker slecht. Ik ben nou niet direct het type dat een ploeg er met z'n technisch vermogen eens lekker bovenop trekt. Bovendien moet ik steeds aan de zijkant spelen, terwijl ik volgens m'n collega's als centrumspits steeds redelijk gefunctioneerd heb.
Tja, als ik in het centrum speel, dan wordt welke voorstopper dan ook goed tureluurs van me. Ik ben constant bezig, hoe slecht ik ook mag spelen, dan zie je ze soms toch knap nerveus worden. Neem nou PSV-uit, stond ik weer eens in het centrum. We speelden 1-1 en ik maakte de enige goal. In de daarop volgende wedstrijd, thuis tegen FC Haarlem, stond ik weer in de basis. Maar verdomd, toen speelden we weer heel slecht. Ik had de indruk dat ik zelf als een van de weinige spelers nog redelijk speelde. Dan hoop je maar weer dat het een reden voor de trainer is om je in de basis te houden, maar meer dan hoop is het niet. Aan de andere kant, als de trainer en de jongens na een wedstrijd zeggen dat ik lekker gespeeld heb, dan is 't mij best. Als ik er dan de volgende wedstrijd, om bijvoorbeeld tactische redenen niet meer in sta, vind ik dat niet zo'n enorm probleem.
Het enige dat ik kan doen is om op elke training weer de trainer te laten zien dat ik er ben. Zo'n vent is toch niet blind? Die ziet in de week voor PSV toch dat ik enorm goed bezig ben? Daarom stond ik er toch weer in. Maar ja, tien wedstrijden achter elkaar, dat heb ik nog nooit mee mogen maken. Ik vind trouwens dat niemand zeker moet zijn van z'n plaats, hooguit de keeper en een paar rustpunten in het elftal. Ik heb niet de indruk dat trainers zo denken. Ik vind gewoon, speelt iemand een paar wedstrijden slecht, dan moet die maar een rugnummer boven de elf krijgen, al heet ie Cruijff. Nou is dat toevallig een slecht voorbeeld, want zelfs als Cruijff als een drol speelt kan die nog goed functioneren, maar ik bedoel het principe eerlijke kansen voor iedereen.
Reacties
Reactie plaatsen